Castratie – Sterilisatie

Wanneer een hond gecastreerd of gesteriliseerd wordt, worden bepaalde geslachtsorganen weggehaald. Dit houdt in dat een dier niet meer voor nageslacht kan zorgen. In de volksmond spreken wij bij een reu van castratie en bij een teef van een sterilisatie. Van een castratie spreken we als alle geslachtsorganen verwijderd worden. Bij de reu zijn dit de zaadballen. Bij de teef zijn dit de eileiders en de baarmoeder. Een sterilisatie is alleen mogelijk bij de teef . Bij deze ingreep blijft de baarmoeder intact. Alleen de eileiders worden afgebonden en verwijderd, waardoor het dier onvruchtbaar wordt.

Wanneer een reu of teef volwassen is, kunnen zij in principe gecastreerd of gesteriliseerd worden. Overleg met jouw dierenarts wanneer hiervoor de beste tijd is. Naast het feit dat je jouw hond niet voor nakomelingen wilt laten zorgen, zijn er ook andere redenen om jouw dier te laten castreren. Denk hierbij aan ongewenst gedrag zoals; onzindelijkheid, zeer fel gedrag op andere reuen, onhoudbaar bij loopse teven, of het “rijden” op andere honden of mensen.

Als je jouw hond wilt laten castreren omdat deze fel reageert op andere honden, dan is het verstandig om hier niet te lang mee te wachten. Dit gedrag zal op den duur een gewoonte worden, waardoor castratie alleen niet altijd het gedrag veranderd. Mocht je willen weten of een castratie uitwerking heeft op het gedrag van jouw reu, overweeg dan eerst een chemische castratie. Bij deze castratie worden geen geslachtsorganen weggenomen. Uw dier krijgt een injectie die tijdelijk de hormoonhuishouding tempert.